hoofdartikel artikelen
database > wetgeving > hygienenormen > Codex Alimentarius
Download download article

Nieuwsbrief Codex Alimentarius 2006-11

Inhoudsopgave
 29e vergadering van de Codex Alimentarius Commission, 3 t/m 7 juli 2006 te Genève (Zwitserland)
 Inleiding
 EU-standpunten
 Resultaten
 Nieuwe onderwerpen
 Verdeling van de Comités
 28e vergadering van het Codex Comité voor Vis en Visproducten (CCFFP), 18 t/m 22 september 2006 te Beijing (China)
 Inleiding
 Agendapunt 3
 Agendapunt 4
 Agendapunt 5
 Agendapunt 6
 Agendapunt 8
 Agendapunt 11
 Agendapunt 12
 13de vergadering van het Codex Comité voor Verse Groenten en Fruit (CCFFV), 25 t/m 29 september te Mexico City (Mexico)
 Inleiding
 Belangrijkste punten
 Tafeldruiven
 Sorteringsvoorschriften tomaten
 Appelen
 23e vergadering van het Codex Comité voor Verwerkte Groenten en Fruit (CCPFV), 16 t/m 21 oktober te Washington (VS)
 Inleiding
 Algemeen
 Standaarden op stap 7
 Standaarden op stap 4
 Minimale vulling
 Prioriteitenlijst
 Vooruitblik
In deze uitgave berichten wij u over de uitkomsten van de bijeenkomst van de Codex Alimentarius Commission (CAC) in juli in Genève. De CAC is het besluitvormende orgaan binnen de Codex. Eens per jaar komen tijdens de CAC de ledenlanden bij elkaar voor het maken van definitieve afspraken over normen en richtlijnen voor de internationale handel in voedselproducten.

Sinds september is het nieuwe Codex seizoen weer begonnen en zetten diverse Codex comités hun internationale werk weer voort. Middels deze nieuwsbrief ontvangt u de belangrijkste punten van diverse vergaderingen. Het betreft het Codex Comité voor Vis en Visproducten, het Codex Comité voor Verse Groenten en Fruit en Codex Comité voor Verwerkte Groenten en Fruit.

29e vergadering van de Codex Alimentarius Commission, 3 t/m 7 juli 2006 te Genève (Zwitserland)

Inleiding

Er namen 376 personen deel uit 110 landen, de Europese Unie en 59 internationale organisaties. Voor Nederland stond deze vergadering ondermeer in het teken van de verkiezingen voor gastlanden voor het Contaminanten-, Pesticidenresiduen-, en het Additievencomité.
De CAC werd voorgezeten door Dr. Claude Mosha (Tanzania), maar ook deels door de Vice-voorzitters, waaronder de Nederlander Wim van Eck. Er werden vele standaarden en richtlijnen voor voedselveiligheid aangenomen, maar er was ook nog veel inhoudelijke discussie over lastige knelpunten. Tijdens de CAC vonden nog twee ad-hoc werkgroepen plaats over de mogelijke oprichting van Codex Task Forces over antimicrobiële resistentie en over diepvriesproducten. En marge van de vergaderingen werd nog informeel gediscussieerd over het Codex Trustfund voor de bevordering van deelname van Ontwikkelingslanden en over het voorgenomen derde Global Forum of Food Safety Regulators

EU-standpunten

Zoals gebruikelijk hadden de EU-landen vooraf gezamenlijke standpunten geformuleerd over vele onderwerpen op de lange agenda. Daarnaast had de EU-delegatie zich goed voorbereid op onderhandelingen over enkele moeilijke kwesties, zoals aflatoxine in noten, lood en kwik in vis en tin in conserven.

Resultaten

Voor schelpdieren en inktvis werd een maximumnorm voor cadmium van 2 mg/kg aangenomen, maar de EU hield hier een reservering. Voor cadmium in rijst (van belang voor Japan) werd een norm van 0,4 mg/kg geaccepteerd. De praktijkcode voor de preventie van dioxine en PCB's in voedingsmiddelen werd aangenomen, alsmede de uitgangspunten voor traceerbaarheid van voedingsmiddelen. Het voorstel om het "land van herkomst" verplicht te etiketteren op kazen, haalde het echter niet en moet opnieuw worden besproken.
Andere discussies konden met succes worden afgerond, zoals de standaard voor kindervoeding van graanproducten, residunormen voor bepaalde pesticiden en diergeneesmiddelen.
De lang bediscussieerde norm voor aflatoxine in noten werd voorlopig vastgesteld op 10 mg/kg en de EU had duidelijk moeite met de door de CAC aangenomen norm voor tin in voedselconserven. Men vindt dat er meer wetenschappelijk onderzoek nodig is om een veilige norm te kunnen vaststellen.

Nieuwe onderwerpen

De CAC besloot tot het instellen van een speciale Task Force om te werken aan de risico's van antimicrobiële resistentie via voeding. Deze Task Force zal worden voorgezeten door Zuid-Korea. Er werd ook een Task Force voor Diepvriesproducten opgericht voorgezeten door Thailand. De Task Force voor Diervoeding werd voorlopig opgeschort, tot ongenoegen van de Europese Unie, die graag een aantal nieuwe onderwerpen wilde bespreken zoals HACCP en goede productie praktijk.
Ten aanzien van de obesitas-problematiek (Global Strategy on Diet, Physical Activity and Health) werden FAO en WHO gevraagd om concrete voorstellen aan de landen toe te zenden over mogelijk acties die vanuit de Codex zouden kunnen worden ondernomen. Dit onderwerp komt komend jaar terug op de agenda van de CAC.

Verdeling van de Comités

De toedeling van de Comités aan gastlanden was voor Nederland bijzonder spannend. Gastheerschap van een Comité biedt een uitstekend netwerk binnen de wereld van de Codex Alimentarius. Nederland was jarenlang gastheer en voorzitter van de Comités voor Pesticidenresiduencomité en voor Additieven/Contaminanten. Deze laatste werd in de CAC van vorig jaar opgesplitst in twee afzonderlijke Comités. Nederland had aangegeven alleen nog belangstelling te hebben voor het Contaminantencomité maar vond daarin geduchte tegenstand van Brazilië dat ook belangstelling toonde. Uiteindelijk verwierf Nederland bij stemming het Comité met een bijna tweederde meerderheid. De Comités voor Pesticidenresiduen en voor Additieven gingen beide naar China.

28e vergadering van het Codex Comité voor Vis en Visproducten (CCFFP), 18 t/m 22 september 2006 te Beijing (China)

Inleiding

De vergadering werd bijgewoond door ruim 143 deelnemers uit 35 landen en 4 internationale organisaties. Namens Nederland waren G. Roessink (VWA), A. Ottevanger (VWS) en L. Zijp (Productschap Vis) aanwezig. Er hebben drie EU afstemmingsoverleggen plaatsgevonden.
De vergadering werd geopend door de Chinese Minister van Landbouw, Chang Bou Wen.

Agendapunt 3

Dit ging over de al jaren slepende discussie over opname van de Clupea bentincki in de standaard voor sardine en sardineachtige conserven. Een werkgroep werd ingesteld en is tot het volgende compromis gekomen. De herziening in de toekomst van de standaard te starten; in de etikettering opnemen dat altijd een land/zee/soort wordt vermeld en het opnemen van Clupea bentincki in de standaard.

Agendapunt 4

Ontwerp van standaard voor kaviaar werd besproken. Probleem is o.a. het al dan niet opnemen van de " paddlefish" naast de steuren. Na discussie en stemming worden de overige vissen van de ascipensiformes toch opgenomen. Het stuk is in principe vastgesteld op stap 6.

Agendapunt 5

Code of practice for fish and fishery products (op stap 3), diverse secties

10.4 schelpdieren met coating. Gaf weinig aanleiding tot opmerkingen evenals punt 10.5, schaaldieren.
Onderdeel 13 kreeft en krab zal worden gesplitst in twee hoofdstukken om een latere behandeling te vereenvoudigen.

Onderdeel schelpdieren
De USA heft een groot aantal opmerkingen ingebracht als gevolg van het feit dat de USA ook schelpdieren die een bacteriedodende drukbehandeling hebben ondergaan, onder deze code of practice willen brengen.

Na de 27e vergadering was daarover tussen de EU en de USA overeenstemming bereikt. De USA probeerde nu eigenlijk een behandeling na de oogst toch weer uit de definities te halen, maar daar was veel oppositie tegen. De schelpdieren gaan bij de bedoelde behandeling dood.
De scheiding van de tekst voor levend en behandeld (rauw) in de code wordt doorgezet. De USA delegatie zal het onderscheid in de flowchard vervaardigen.
Aan de "bevoegde autoriteit" voor het water worden duidelijke eisen gesteld t.a.v. de werkwijze, maar deze eisen zijn voldoende flexibel.
Vooral aan het onderdeel classificatie van schelpdierwater werd veel aandacht besteed. De discussie die door de USA was aangezwengeld over druk- of hittebehandelingen om pathogenen te doden en toch rauwe schelpdieren (ihb oesters) te kunnen verkopen werd op de woensdag in volle hevigheid voortgezet. Het stuk werd als geheel vastgesteld met als voorbehoud nog dat het eventueel in twee delen zal worden gesplitst, levend en niet levend.

Uit de USA en verschillende ontwikkelingslanden kwam sterk de roep om expliciete toelating van gehypogechloreerd water. De EU blijft op het standpunt staan dat dit ongezond is en dat uitsluitend water van drinkwaterkwaliteit gebruikt mag worden, zo sterk dat dringend werd verzocht een en ander in het verslag op te nemen. Aangezien het concept zich nog op stap 3 bevindt, worden veel, voornamelijk technische aanpassingen voorgesteld. Het gedeelte over bevroren schaaldieren en kreeft is, met wijzigingen, aanvaard en zal aan de CAC worden aangeboden.
Vervolgens werd het gedeelte over de vervaardiging van gezouten vis besproken, wat eveneens tot een groot aantal technische aanpassingen aanleiding gaf. Dit gedeelte werd ook vastgesteld voor stap 5, nadat verschillende wijzigingen waren aangebracht.

Agendapunt 6

Standaard voor levende en rauwe schelpdieren. Een werkgroep onder leiding van Canada heft een groot gedeelte van de onduidelijkheden die na de vorige vergadering waren overgebleven weten te verduidelijken. In het bijzonder de indicator-organismen voor virussen en eventuele normen voor virussen gaven aanleiding tot veel discussie. In het verder gereedgekomen document zijn alle normen voor toxines omgezet naar milligrammen per kg. Het onderdeel etikettering kan toch vrij snel worden afgesloten. Verschillende landen toonden zich tegenstander van proeven met muizen voor de detectie van DSP omdat de muizen in alle gevallen doodgaan en er veel vals positieve uitslagen zijn, dit is tegenstrijdig met de EU mening hierover. De standaard wordt in principe aangeboden aan de CAC.

Agendapunt 8

Ontwerp standaard voor gerookte vis. Zuid Afrika opende de discussie met de mededeling dat vis die door middel van rookcondensaat is behandeld een volledig geaccepteerd en goed product is, mits juist geëtiketteerd als behandeld met rookcondensaat. Aangezien er door de aanwezigen geen overeenstemming op dit punt bereikt is werd besloten om een elektronische werkgroep op te richten. NL stelde zich kandidaat voor het uitvoeren van de coördinatie. De FAO stelde technische ondersteuning beschikbaar. De FAO stelde verder nog voor dat de standaard alleen producten die direct geconsumeerd kunnen worden moet betreffen, maar ook halfproducten moeten door de werkgroep worden meegenomen in de beraadslagingen. Desnoods komen deze halfproducten in een aparte standaard.Belangrijkste doel van de werkgroep: de standaard voor eindproducten op stap 3 verder ontwikkelen en een voorstel te doen over het opnemen van halfproducten, tijdig voorafgaand aan de volgende vergadering.

Agendapunt 11

Opneming van nieuwe vissoorten in standaarden voor vis en visproducten (herziening van de procedure). Er blijkt vrij algemeen waardering te bestaan ten aanzien van een door Frankrijk gepresenteerd discussiestuk.

Agendapunt 12

Overige zaken en toekomstige werkzaamheden.

De vergadering gaat akkoord met het instellen van een werkgroep, als nieuw werk, om een ontwerp van een standaard voor vissaus op te stellen.
Op voorstel van Thailand zal de CAC worden voorgesteld de bestaande standaard voor vissticks te wijzigen ten aanzien van bepaling van het eiwitgehalte.
Equador heft een document ingediend om een drietal locale vissoorten op te nemen in de standaard voor sardineconserven. Besloten wordt dat Equador in de volgende vergadering meer gedetailleerde gegevens zal leveren. De wens wordt wel uitgesproken dat dit niet weer dezelfde situatie als met de Clupea bentincki zal geven.

Zuid Afrika heft een document opgesteld voor een standaard voor Abalone als nieuw werk.
Nieuw Zeeland meent dat dit moet worden uitgebreid tot alle mariene buikpotigen. De voorzitter stelt voor om te starten met een standaard voor Abalone en deze zonodig later uit te breiden tot andere gastropoden en Zuid Afrika de leiding van de werkgroep te geven.

De volgende vergadering zal worden gehouden in Noorwegen in 2008.

13de vergadering van het Codex Comité voor Verse Groenten en Fruit (CCFFV), 25 t/m 29 september te Mexico City (Mexico)

Inleiding

De vergadering werd bijgewoond door 41 ledenlanden. Daarvan waren er 9 afkomstig uit de EU. Namens Nederland waren Raymond Tans (LNV) en Leonora Hammer (LNV-bureau Mexico) aanwezig. De vergadering werd voorgezeten door Carlos R. Berzunza Sanchez, directeur Internationale Standaardisatie van het Mexicaanse ministerie van Economische Zaken. Ter voorbereiding op deze bijeenkomst vonden er dagelijks coördinatie- vergaderingen plaats. Ook heeft er een werkgroep tafeldruiven en een werkgroep tomaten.

Belangrijkste punten

In de bijeenkomsten van de Codex Comité voor verse groenten en fruit worden handels- of kwaliteitsnormen opgesteld die tot doel hebben de internationale handel in groenten en fruit te faciliteren. Op basis van deze normen kunnen handelaren onderling duidelijke afspraken maken over hun verkooptransacties. Daarnaast spelen deze normen een zeer belangrijke rol bij het voorkomen en beslechten van technische handelsbarrières.

Voor Nederland en de andere lidstaten van de EU waren tijdens deze zitting van het Comité de besprekingen over de handelsnormen voor druiven, tomaten en appelen het meest belangrijk.
In deze discussies komen ook heel duidelijk de verschillende inzichten en belangen van de diverse landen naar voren. Voor de Europese Unie en haar lidstaten vormen de handelsnormen een integraal onderdeel van de gemeenschappelijke marktordening voor groenten en fruit. Een door de Europese Commissie vastgestelde handelsnorm is een wet die in alle lidstaten verplicht in alle handelsstadia moet worden toegepast. Worden in Codex - verband wijzigingen aangebracht in een norm die ook van toepassing is in de EU, dan moet die wijziging worden overgenomen.
Andere landen, waaronder bijvoorbeeld de Verenigde Staten van Amerika, Nieuw Zeeland en Australië, hebben op nationaal niveau geen wetgeving aangaande handelsnormen. Zij zien de Codexnormen dan ook uitsluitend als een instrument voor de handel. Dat betekent dat die landen een wat soepelere en vrijere houding hebben dan de EU. Dit veroorzaakt probleempjes en ergernissen over en weer.

Tafeldruiven

Met betrekking tot de tafeldruiven werd uitvoerig stilgestaan bij het vaststellen van de minimumgewicht van de trossen en de uitzondering van die eis voor (kleine) trossen die bestemd zijn voor de catering. Na een lange discussie werd er een compromis bereikt, waardoor deze ontwerp - norm kan worden voorgedragen voor stap 8 in de Codex procedure.

Sorteringsvoorschriften tomaten

Bij de discussies rond de sorteringsvoorschriften van tomaten werd op geen enkel onderdeel overeenstemming bereikt. Daarom werd besloten dit onderdeel terug te verwijzen naar stap 6. Alhoewel de EU op verschillende onderdelen water bij de wijn deed, was een aantal landen, waaronder de VS onverzettelijk. Deze landen wilden maximale vrijheid en waren bevreesd dat de voorstellen van de EU zouden leiden tot een inperking van de handelsmogelijkheden. Zo was er het probleem van de cherry en de cocktail tomaat. De EU wil de cherrytomaat definiëren door de maximale grootte vast te stellen op 30 mm (wat ook voor NL onacceptabel was). De VS, Mexico, Canada etc. willen eigenlijk helemaal geen maximum of minimum en als er al iets daarover opgenomen zou moeten worden dan zou dat toch zeker 40 mm moeten zijn.

Verder was er geen enkel compromis te bereiken over de sorteringstoleranties en eiste de VS, gesteund door verschillende landen dat er ook mogelijkheden zouden moeten zijn voor alternatieve sorteringsvoorschriften.

Appelen

Wat betreft de appelen was ook hier het grote probleem, mede veroorzaakt door de Europese handelsnormen, de maatsortering van appelen. De EU wil persé een minimummaat voor appelen in de handelsnorm opnemen in combinatie met een bepaalde Brixwaarde (die de zoetheid weergeeft), om daarmee onrijpe appelen van de markt te weren. Nieuw Zeeland, Canada en, natuurlijk, de VS en tal van andere landen vinden dat onzin.
Nieuw Zeeland gaf een marge van de vergadering aan, bezig te zijn om een appel te kweken ter grootte van een kers. Een dergelijke appel zou op basis van de nu geldende minimummaten niet in de EU verhandeld en dus ook niet geïmporteerd mogen worden.
Er was dus is er geen basis om tot overeenstemming te komen. Afgesproken is dat een speciale werkgroep zich over dit probleem moet buigen en moet trachten tot een oplossing te komen. Een meer gedetailleerd verslag is te vinden in document 13073/06 van de Raad.

Volgende vergadering zal plaatsvinden in de eerste helft van 2008.

23e vergadering van het Codex Comité voor Verwerkte Groenten en Fruit (CCPFV), 16 t/m 21 oktober te Washington (VS)

Inleiding

De vergadering werd bijgewoond door 21 landen en 3 internationale organisaties. De Europese Unie was vertegenwoordigd door 7 lidstaten. Namens Nederland was G. Stiekema (LNV) aanwezig. Ter voorbereiding op deze bijeenkomst vonden er dagelijks coördinatie- vergaderingen plaats.

Algemeen

Het Codexoverleg voor verwerkte groenten en fruit (CCPFV) ontwikkelt wereldwijde standaarden met als doel de volksgezondheid te beschermen en de eerlijkheid in de handel in verwerkte groenten en fruit te bevorderen. Sinds 1998 werkt het comité vooral aan vernieuwing en vereenvoudiging van bestaande standaarden. In enkele gevallen ontwikkelt het comité nieuwe standaarden. Codex kent een 8-stappen procedure, waarbij de laatste stap goedkeuring door de Codex Alimentarius Commissie (CAC) betreft.

Het comité, onder de leiding van gastland de Verenigde Staten, boekte voortgang op diverse onderdelen. De standaarden voor zure/aangezuurde groenten en fruit, verwerkte tomaten, houdbare tomaten en citrusvruchten in blik werden met enkele wijzigingen goedgekeurd en voor adoptie aangeboden aan de Codex Alimentarius Commissie. De standaarden voor "bepaalde groenten in blik" en voor "jams, jellies en marmelades" zijn op stap 5 gebracht.

Nederland nam deel aan dit comité vanwege de belangen als exporteur en importeur van deze producten. De Nederlandse standpunten zijn voorbereid met de brancheorganisatie VIGEF en het productschap Tuinbouw.

Standaarden op stap 7

Het comité heeft vier standaarden goedgekeurd op stap 7 en met enige wijzigingen voor adoptie aangeboden aan de CAC:

zure/aangezuurde groenten en fruit;
verwerkte tomaten houdbare tomaten citrus;
houdbare tomaten;
citrusvruchten in blik.

De standaard voor zure/aangezuurde groenten en fruit betreft een nieuwe standaard. De producteisen in deze standaard zijn breed gehouden, zodat een brede range aan producten hierbinnen valt. Zuurkool is evenwel buiten de standaard gehouden vanwege de aparte bereidingswijze, dit op voorstel van de Europese Unie.

Het onderdeel additieven, dat in elk van de standaarden zit, was reden voor discussie. Enkele landen, waaronder de VS, Canada en Australië, waren voorstander van een bredere toepassing van additieven en wilden in de standaarden een referentie naar de functionele groepen in de General Standard for Food Additives (GSFA). Andere delegaties, waaronder de EU-landen, waren van mening dat het comité nog steeds een belangrijke rol heeft in het vaststellen van technologische noodzaak van additieven. Het comité kon op dit punt geen overeenstemming bereiken en heeft de voorgestelde referentie uit de standaarden gelaten. Het comité nam wel het besluit om additieven uit de GSFA op te nemen in de standaarden waarvan duidelijk is dat ze momenteel in de praktijk worden toegepast bij de bereiding van de betreffende producten.

Standaarden op stap 4

Het comité besprak een voorstel van de werkgroep voor "bepaalde groenten in blik", om de standaard te verdelen in een deel met algemene bepalingen en een deel met bijlagen voor de diverse productbeschrijvingen. Het algemene deel is door het comité aanvaard en zal doorgestuurd worden naar de CAC op stap 5 van de Codex procedure. De planning is dat deze standaard inclusief bijlagen in 2010 door dit comité zijn afgerond.

Het comité heeft de standaard voor "jams, jellies en marmelades" uitvoerig besproken en met enige aanpassingen aanvaard op stap 4. Het minimum vruchtgehalte en gebruik van de (EU) aanduidingen "extra jam" en "high fruit jam" gaf aanleiding tot discussie. Het comité besloot om één definitie te hanteren voor jam en op het etiquette de aanduiding te gaan regelen. Verder is flexibiliteit aangebracht in toepassing van het minimum vruchtgehalte door een keuze uit twee mogelijkheden, dat wil zeggen een minimumgehalte van 35% en van 40%.

Om aan de praktijk in Spaanstalige landen tegemoet te komen besloot het comité een productcategorie voor "non-citrus marmelades" te introduceren naast de al bestaande marmelade met citrusvruchten. Deze standaard wordt doorgestuurd naar de CAC op stap 5 en dient uiterlijk in 2008 door dit comité te zijn afgerond.

Minimale vulling

De standaarden bevatten bepalingen over minimale vulling van verpakkingen. Het comité besloot onderscheid te maken tussen rigide en flexibele verpakkingen. De minimale vulling voor rigide verpakkingen is per product(groep) vastgesteld. Voor flexibele verpakkingen stelt het comité een benadering voor, waarbij de vulling is gekoppeld aan hetgeen praktisch haalbaar is.

Prioriteitenlijst

Het comité besloot prioriteit te stellen bij de afronding van het huidige werkpakket. Alleen olijven worden aan het huidige werk toegevoegd.

De volgende vergadering zal plaatsvinden in 2008.

Vooruitblik

In de volgende uitgave is er aandacht voor de uitslagen van een aantal comités waaronder het Codex Comité voor Voeding en Dieetvoeding en het Codex Comité voor Voedselimport - en Export Inspectie en Certificatiesystemen.

Kijk voor meer informatie over diverse Codex comités op www.codexalimentarius.nl.
Redactie: Tanja Åkesson - Codex Secretariaat, Ministerie van LNV, 070-3784045.

forumGeef uw reactie op dit artikel
Alle velden zijn verplicht. Uw persoonlijke informatie wordt niet op de site geplaatst. Hyfoma levert geen machines, maar verwijst alleen naar de bedrijven die de machines leveren. De meeste genoemde bedrijven leveren alleen machines voor de voedselindustrie en produceren geen voedsel.

Naam: Email:
Functie: Bedrijf: