News |
Vet- en vetzuursamenstelling van industrieel bereide levensmiddelen
woensdag 11 april 2007
De Voedsel en Waren Autoriteit heeft het rapport 'Vet- en vetzuursamenstelling van industriëel bereide levensmiddelen' gepubliceerd.Hieronder de samenvatting.
Eén van de beleidsvoornemens van de Minister van Volksgezondheid is dat meer mensen eten volgens de Richtlijnen Goede Voeding (RGV) en dat hun voeding voldoet aan het advies van de Gezondheidsraad voor onder andere verzadigde vetzuren en transvetzuren.
Uit vooronderzoek van het Voedingscentrum naar ‘verborgen vetten’ in 2004 blijkt dat in de oliën en vetten sector, bakkerijsector en snacksector daadwerkelijk mogelijkheden zijn om de hoeveelheid transvetzuren in levensmiddelen te beperken. De reductie van verzadigde vetzuren in de bakkerijsector en snacksector is moeilijker, omdat de verzadigde vetzuren in deze producten een belangrijke technologische functie hebben.
Het doel van het onderzoek beschreven in deze rapportage is om een meting uit te voeren die de stand van zaken weergeeft met betrekking tot de vetzuursamenstelling van levensmiddelen uit de bakkerij- en snacksector. De resultaten zijn vergeleken met criteria die het Voedingscentrum hanteert voor een kwalificering van de hoeveelheid verzadigd vet. Voor de evaluatie van de hoeveelheid transvet in producten zijn criteria gebruikt die recent zijn toegepast door de Consumentenbond.
Er zijn 252 producten in de categorie brood, koek & gebak, chips & zoutjes en snacks geanalyseerd op vet- en vetzuursamenstelling. De producten zijn in het vierde kwartaal van 2005 in het reguliere winkelkanaal bemonsterd. Uit de resultaten blijkt dat het individuele gehalte transvetzuren op het totaal vet varieert van 0% tot maximaal 15% en gemiddeld ten hoogste 2,8% is. Het gemiddeld gehalte verzadigd vetzuur (op vetbasis) is met 53% het hoogst in gebak en koek.
Van de 252 producten bevatten 30 snacks (55%), 25 producten uit de productgroep koek & gebak (17%), twee chips & zoutjes (6%) en alle broodjes (met uitzondering van de croissants en roompuntjes), én weinig verzadigde vetzuren én weinig transvetzuur.
Voor met name producten uit de groep koek & gebak en chips & zoutjes geldt dat in vergelijking met gegevens uit de Nederlandse Voedingsmiddelentabel 2001 het transvetzuurgehalte in producten is afgenomen, maar het verzadigd vetgehalte is toegenomen. In het algemeen kan gesteld worden dat voor sommige producenten de vetzuursamenstelling van het gebruikt type vet in de productgroepen koek, gebak, brood (voor croissants in het bijzonder) en snacks voor verbetering vatbaar is.
De Task Force Verantwoorde Vetzuursamenstelling heeft in januari 2007 een rapport met monitoringsgegevens aangeboden aan de Minister van Volksgezondheid. Het rapport bevat onder meer monitoringsgegevens van onderzoek tot en met januari 2006, hetgeen vergelijkbaar is met het door de VWA uitgevoerde onderzoek. De conclusies van beide onderzoeken zijn vergelijkbaar: Er is in de afgelopen jaren een belangrijke vooruitgang geboekt, maar is de vetzuursamenstelling van sommige product(en)(categorieën) nog voor verbetering vatbaar.